Ik ben een walvishaai
Ik ben een walvishaai en meteen ook de grootste vis, namelijk een kraakbeenvis. Ik ben een grote vriendelijke en trage reus. Daarmee lijk ik niet echt op andere haaien. Ik word zo’n 8 tot 12 meter en soms zelfs wel 16 meter lang en kan heel oud worden, zeg maar gerust 100 jaar of ouder. Omdat ik zo lang en ook heel zwaar ben, hebben ze mij vernoemd naar de walvis. Ik heb een prachtig witte stippen- en strepenpatroon.
Helaas ben ik een bedreigde diersoort. Er zijn wereldwijd maar 1000 geregistreerde walvishaaien. Hoe word ik geregistreerd en herkend? De witte stippen en de strepen op mijn lijf zijn uniek voor mij. Daaraan kun je herkennen met welke walvishaai je te maken hebt. Net zoals bij de vinnen van bruinvissen en dolfijnen. Zo heb ik mijn eigen, unieke witte stippenpatroon.
Er bestaat zelfs een app waarbij je een walvishaai kan fotograferen en door foto-identificatie de identiteit ofwel naam van een walvishaai te weten kan komen. Ben ik Toos of Koos? Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de app Whale Shark Network Maldives in de App-store of op Google Play.
Ik jaag niet, zoals andere haaien. Ik ben namelijk dol op plankton. Ik eet dit al zwemmend. Dat doe ik zo: ik zweef langzaam zwemmend door de zee, meestal vlak onder het wateroppervlak, met mijn brede mond open. Dus niet om jou op te slokken, maar om dat plankton uit het water te filteren. Met het plankton blijven ook minigarnaaltjes, inktvissen en kleine visjes hangen in de borstels van mijn kieuwen. Zo gaan er duizenden liters water door mijn kieuwen. En het eten blijft achter.
Ik zwem alleen in warme wateren. Ik kan wel duizenden kilometers afleggen van de ene naar de andere plek. Soms eet ik dan lange tijd niet of voed ik mij met zeewier en algen als alternatief voor het plankton. Soms duik ik naar de diepte in een V-vorm (naar beneden en gelijk weer naar boven) of een U-vorm (dan blijf ik even over de bodem of in de diepte horizontaal doorzwemmen).
Een heel bijzonder ding is dat moeder walvishaai de zaadcellen van vader walvishaai langere tijd opslaat in haar lichaam. Moeder walvishaai broedt de eieren in haar buik uit. Dat heet eierlevendbarend. Net als bij andere haaien.
Van de geboorte van mij en mijn broertjes en zusjes als we uitgebroede jonge walvishaaitjes zijn, is weinig bekend. Er is nog nooit iemand getuige geweest van een bevalling, maar men denkt dat we 1 voor 1 geboren worden in dieper water op open zee als kleine vissen van 1 à 2 linialen lang. Tja, ik weet het niet, ik was te klein om het mij te herinneren.
Wat zijn de bedreigingen waardoor ik kwetsbaar ben in mijn voortbestaan?
Ik word vooral bedreigd door het verstrikt raken in visnetten voor het vangen van andere vis. Er wordt in sommige landen nog op mij gevist voor in de haaievinnensoep (zucht) of voor mijn vlees en natuurlijk is er ook weer dat plastic afval dat ook ik binnenkrijg, ziek van wordt of waar ik in kan stikken. Daarnaast wordt mijn rust op sommige plekken te veel verstoord omdat ik heeeeel populair ben bij snorkelende toeristen. Ze jagen me achterna, raken me aan, voeren me om me te lokken. En dan nog alle boten, die maken lawaai of varen me aan.
Door onderzoek en bescherming hoop ik het in de toekomst beter te gaan doen. Ik hoop dat ik er met jou een fan bij heb. Hoe meer fans, hoe meer mensen het belangrijk zullen vinden mij te beschermen.
Tekst Anja Dijkstra